Introductie
Het doel van deze veiligheidsvoorschriften van Bulthuis Truck- en Traileronderdelen B.V. is het benoemen van preventieve maatregelen ter voorkoming van (bijna) ongevallen en het bevorderen van de veiligheid rondom het gebruik van interne en externe transportmiddelen. Het beleid is erop gericht dat het gebruik van interne transportmiddelen binnen en buiten openingstijden zo veilig mogelijk plaatsvindt, dit conform wettelijke bepalingen en aanvullende eisen.
Naast de regels uit het reglement dient de gebruiker zich bewust te zijn van het belang van veilige arbeidsomstandigheden voor zowel zichzelf als anderen in zijn omgeving. Met andere woorden ook buiten op het terrein dient de chauffeur de nodige voorzichtigheid in acht te nemen en zijn snelheid aan te passen als de omstandigheden dit vragen.
Het gebruik van transportmiddelen door derden is alleen toegestaan wanneer door het management van de vestiging hier uitdrukkelijk toestemming voor is gegeven. Indien toestemming wordt verleend aan een ‘derde’, dan dient deze kennis te hebben genomen van de regels uit deze Veiligheidsvoorschriften en deze te hebben getekend voor akkoord.
Elektrische transportmiddelen van derden mogen niet worden gebruikt door eigen medewerkers. Bedankt voor je aandacht. Samen kunnen we zorgen voor veilige arbeidsomstandigheden!
Opgemaakt op 7 april 2017
Aangepast 26 mei 2021 Versie 3.0
Definities
Bestuurders
Dit zijn personen die transportmiddelen gebruiken die mechanisch worden aangedreven. Bijvoorbeeld reachtruck, heftruck, elektrische stapelaar en elektrische pallettruck. Voor het gebruik van deze transportmiddelen dienen bestuurders een opleiding te hebben gevolgd en positief te hebben afgerond.
Gebruikers
Dit zijn gebruikers van transportmiddelen die niet mechanisch zijn aangedreven. Bijvoorbeeld een hand pallettruck.
Heftruck en Reachtruck
Een elektrische, diesel of LPG truck bedoelt voor pallettransport.
1. Algemene regels
-
Chauffeurs en magazijnmedewerkers dragen tijdens werktijd werkschoenen (klasse S3). Deze worden via de werkgever beschikbaar gesteld. Zijn je werkschoenen aan vervanging toe, dan meld je dit bij je leidinggevende.
-
Er wordt werkkleding ter beschikking gesteld, dit dien je te dragen tijdens werktijd. Je zorgt voor een net voorkomen, joggingbroeken, petjes, kleding met gaten, etc. worden tijdens werktijd niet gedragen.
2. Hand pallettrucks
Algemeen
-
Verkeersdeelnemers die in dienst zijn (inclusief uitzendkrachten) dienen ervoor zorg te dragen dat de vrije ruimte rondom deuren, doorgangen en vluchtwegen altijd vrij zijn van obstakels.
-
De gebruiker dient ten minste 16 jaar oud te zijn en werkt tot zijn/haar 18e onder adequaat deskundig toezicht.
-
Indien er beladen pallets worden vervoerd dient men extra voorzichtig te zijn en behouden de bochten te nemen.
-
De lading op een pallet dient altijd te worden voorzien van een folie, touw en/of elastieken. Afhankelijk van de lading bepaalt de chauffeur wat het veiligst is. In geval van losse eenheden altijd folie gebruiken.
-
De gebruiker let altijd op de positie van collega’s of andere aanwezigen en anticipeert op zijn bewegingen. Wacht even met rijden als de veiligheid hiermee gediend is.
-
Een palletwagen mag niet onbeheerd worden achtergelaten.
-
De gebruiker controleert voor het eerste gebruik het transportmiddel op schade of defecten. Ook tijdens het gebruik dient hiervoor altijd aandacht te zijn. Iedere schade of defect dient te worden gemeld bij de direct leidinggevende. Zolang het defect niet is gerepareerd wordt het transportmiddel niet gebruikt en dit wordt ook duidelijk zichtbaar op het transportmiddel aangegeven.
-
De gebruiker dient bekend te zijn met de bediening en veiligheidsvoorschriften van het transportmiddel welke hij gebruikt.
-
De gebruiker dient vertrouwd te zijn met de aard van de werkzaamheden en kennis te hebben genomen van deze veiligheidsvoorschriften
Het rijden met hand bediende transportmiddelen
-
Houdt zoveel mogelijk rechts.
-
In het magazijn en voorraadlocaties wordt niet harder gereden dan stapvoets (maximaal 5 km/uur).
-
Alle verkeer, dus ook een voetganger, van rechts heeft altijd voorrang.
-
Het is verboden te staan of mee te rijden op de transportmiddelen.
3. Mechanisch aangedreven transportmiddelen
Algemeen
-
Verkeersdeelnemers die in dienst zijn (inclusief uitzendkrachten) dienen ervoor zorg te dragen dat de vrije ruimte rondom deuren, doorgangen en vluchtwegen altijd vrij zijn van obstakels.
-
De bestuurder dient ten minste 16 jaar oud te zijnen werkt tot zijn/haar 18e onder adequaat deskundig toezicht.
-
De bestuurder is verplicht, voordat van een transportmiddel gebruik wordt gemaakt, bekend te zijn met de bediening en veiligheidsvoorschriften van het transportmiddel. De bestuurder is verplicht, voordat van een transportmiddel gebruik wordt gemaakt, vertrouwd te zijn met de aard van het werk.
-
De bestuurder is verplicht voordat van een transportmiddel gebruik wordt gemaakt kennis te hebben genomen van de veiligheidsvoorschriften.
-
De gebruiker moet ‘s ochtends voor het eerste gebruik het transportmiddel visueel controleren op schade of defecten aan de hand van de checklist controle, die zich op of aan het transportmiddel bevindt. Ook tijdens het gebruik dient hiervoor altijd aandacht te zijn. Iedere schade of defect dient te worden gemeld bij de direct leidinggevende. Zolang geen reparatie is uitgevoerd, wordt het transportmiddel niet gebruikt en dit wordt ook duidelijk zichtbaar op het transportmiddel aangegeven. Het transportmiddel mag pas weer worden gebruikt als het technisch weer in goede staat verkeert en stapelaars dienen te zijn voorzien van noodstopvoorziening. Deze dienen dagelijks, aan de hand van de checklist te worden gecontroleerd.
-
De bestuurder van een reachtruck of een vorkheftruck moet in het bezit zijn van een geldig opleidingscertificaat voor zowel de theorie als de praktijk.
-
Voor de transportmiddelen waarvoor geen extern behaald certificaat is vereist moet een interne training worden gevolgd. Bedoeld worden hier de zogenaamde stapelaars en elektrische pallettrucks. Hiervoor ontvangt de chauffeur een intern certificaat. Deze dient jaarlijks te worden geborgd.
-
Elke 5 jaar dient het certificaat te worden vernieuwd.
Voorwaarden aan het mechanische transportmiddel
-
Reachtrucks en stapelaars dienen voorzien te zijn van een zwaailicht, geluidssignalering dat er gereden wordt en een duidelijke claxon.
-
De heftrucks dienen te zijn voorzien van een veiligheidsgordel.
-
De chauffeur is ten allen tijde verantwoordelijk voor een veilige werksituatie rond de reachtruck of vorkheftruck. Indien de veiligheid het zijns inziens niet toelaat gebruik te maken van de reachtruck of vorkheftruck dan zet hij het transportmiddel stil.
Het rijden met mechanische transportmiddelen
-
Bij het rijden op een mechanisch transportmiddel wordt ervan uit gegaan dat de bestuurder het certificaat heeft behaald. In deze paragraaf worden een aantal zaken benoemd waarvoor de bestuurder altijd extra aandacht moet hebben, omdat hij rijdt op een locatie waar hij te maken heeft met meerdere heftrucks en collega’s te voet.
-
Houdt zoveel mogelijk rechts.
-
Met de reachtruck wordt zo veel mogelijk achteruit gereden en de bestuurder kijkt in de rijrichting.
-
Met de vorkheftruck wordt vooruit gereden en de bestuurder kijkt in de rijrichting.
-
De stapelaar wordt altijd achter de bestuurder aan getrokken. Alleen bij het op de plaats zetten of indraaien van goederen dient hiervan te worden afgeweken.
-
In het magazijn wordt niet harder gereden dan 10 km per uur. Tijdig stoppen moet mogelijk zijn.
-
Verkeer van rechts, waaronder een voetganger, heeft altijd voorrang.
-
Het is verboden passagiers mee te nemen op de reach-/ heftruck.
-
Rij altijd met laag geheven last of vorken (ongeveer 10 cm van de grond).
-
Duw geen pallets of andere lasten opzij met de reach-/ heftruck.
-
Houd hoofd, armen en benen binnen het transportmiddel (ook niet om lasten recht te duwen).
-
Pas van de reach-/heftruck afstappen als dit geheel tot stilstand is gekomen.
-
Tijdens het in en uit draaien van pallets en tijdens het heffen van lasten dient de bestuurder te voorkomen dat hij wordt afgeleid.
-
Het is niet toegestaan tijdens het rijden gebruik te maken van een mobiele interne telefoon of met collega’s te communiceren.
Parkeren van mechanische transportmiddelen
Bestuurders mogen een mechanisch transportmiddel slechts onbeheerd achterlaten indien zij zich houden aan de volgende regels:
-
Een mechanisch transportmiddel mag op de hoek van een gang worden geparkeerd met de vorken in de gang gestoken. De minimale afstand tot de stelling dient 20 cm te zijn.
-
Het transportmiddel dient te worden uitgezet. De chauffeur haalt de sleutel uit het contact en neemt deze mee. Dit geldt voor alle mechanische transportmiddelen.
-
De vorken worden onbelast op de vloer neergelaten of met een enigszins voorover hellende last. Graag de vorken niet met een “klap” op de vloer neer laten komen.
-
Een stapelaar wordt met de vorken onder de stelling gestoken. Hierdoor is de ruimte die de stapelaar inneemt het kleinst.
Overige zaken waarop moet worden gelet bij het gebruik van mechanische transportmiddelen
- Tijdens het rijden met de vorkheftruck dient altijd de veiligheidsgordel te worden gedragen.
-
Pallets die in de voorraad locaties in de stelling worden geplaatst, dienen goed gezekerd te worden weggezet. Indien de lading een lichte, zachte verpakking betreft mag dit met folie, in alle andere gevallen dient er gebruik gemaakt te worden van elastieken of touw.
-
Er mogen geen goederen over de pallets heen steken of hangen en de folie, touw of de elastieken moeten de goederen stevig bij elkaar kunnen houden.
-
Folie, touw en elastieken mogen niet vanuit de voorraad locaties bij de pallets “neerhangen”.
-
Het is verboden lasten te vervoeren die zwaarder zijn dan de op het transportmiddel totaal aangegeven werklast.
-
Niemand mag onder de vorken komen, ook de bestuurder niet.
-
Het is niet toegestaan personen met de reachtruck te vervoeren of omhoog te brengen. Niet op de vorken en ook niet op een pallet zittend of staand.
-
Bij het indraaien van pallets dient er goed te worden opgelet dat er aan de andere zijde geen pallets kunnen worden afgeduwd. De zogenaamde doortik beveiliging aan de stelling voorkomt dit.
-
De pallets waarop de lading staat dienen onbeschadigd te zijn en mogen niet doorzakken.
-
Ingeval van verticaal transport wordt bij voorkeur een reachtruck gebruikt in plaat van een stapelaar.
4. Oplaadapparatuur transportmiddelen
-
Het opladen van transportmiddelen vindt alleen plaats op de daarvoor aangewezen plaatsen.
-
Het wisselen van accu’s dient alleen plaats te vinden als het transportmiddel veilig is geparkeerd, er voldoende werkruimte is en de wielen doelmatig geblokkeerd zijn.
-
Het bijvullen van accu’s mag alleen door goed opgeleide medewerkers worden gedaan, dat gebruik maakt van de nodige veiligheidsvoorzieningen zoals oogbescherming en handschoenen.
-
Binnen bereik dienen een oogdouche en BHV koffer aanwezig te zijn.
5. Stellingen
-
De maximale stellinglast mag niet worden overschreden.
-
De maximale stellinglast dient op de stellingen te zijn aangegeven. De chauffeur dient deze maximale stellinglasten te kennen.
-
Alle liggers dienen te zijn voorzien van borgpennen. Iedere ontbrekende of beschadigde borgpen dient direct te worden vervangen.
-
Alle stellingen dienen te zijn vastgezet aan de vloer. Waar nodig dienen op kwetsbare plaatsen aanrijdbeveiligingen te worden geplaatst.
-
Beschadigingen aan liggers en staanders dient direct gemeld te worden aan de leidinggevende. Samen met de leidinggevende wordt bepaald of de stelling nog gebruikt mag worden. In beide gevallen geldt dat de beschadigde staander of ligger zo snel mogelijk dient te worden gerepareerd of vervangen. Hiertoe dient altijd enig reserve materiaal in voorraad gehouden te worden.
-
Jaarlijks worden de stellingen gecontroleerd.
6. Veiligheidsvoorschriften en (gedrags)regels Chauffeurs
Algemeen
-
Je dient tijdens werktijd ten allen tijde een geldig rijbewijs (B, C of D) bij je te dragen en kunt deze op verzoek tonen. Het is de eigen verantwoordelijkheid van de chauffeur om code 95 in orde te hebben. Als de code op het rijbewijs is verlopen mag een chauffeur zijn werkzaamheden niet meer uitoefenen.
-
Alvorens je aan de route begint tank je de auto vol.
-
Let op de snelheid, zowel onderweg als op het terrein van de klant. Er geldt het boetebeleid van Bulthuis.
-
Let op je gedrag in het verkeer en wees beleefd. Je rijdt met een bedrijfsauto (met reclame) en bent dus ook in het verkeer het visitekaartje van Bulthuis.
-
Tijdens het rijden houd je de verkeersregels aan zoals deze in Nederland gelden. Denk om je eigen veiligheid! Gebruik je telefoon alleen als je stilstaat of schakel de handsfree optie in. Het bijvoorbeeld versturen van een WhatsApp-bericht of het kijken op social media tijdens het rijden is niet toegestaan. Wanneer je je hier niet aan houdt, zijn eventuele gevolgen en kosten voor jezelf.
-
Je dient bekend te zijn met het bedrijfsautoreglement zoals deze is opgenomen in het Personeelshandboek en daar naar te handelen.
Bij de klant
-
Je bent een belangrijk aanspreekpunt voor onze klant, wees vriendelijk en correct naar de klant en treed nooit in discussie. Is de klant het ergens niet mee eens of heeft deze een klacht? Geef dan aan dat je de situatie serieus neemt en direct contact op zal nemen met de verantwoordelijke accountmanager of direct leidinggevende. Licht de situatie zo duidelijk mogelijk toe aan je collega.
-
Op het terrein van de klant rijd je altijd rustig en houd je je aan de eventuele (verkeers)regels zoals die op het terrein gelden.
-
Bij elke nieuwe klant stel je jezelf even netjes voor. Geef in ieder geval aan wie je bent en voor wie je rijdt. Vraag ook bij wie jij je volgende keer het beste kunt melden, waar je de goederen mag lossen en of er ten aanzien van de aflevering bijzonderheden zijn die jij moet weten.
-
Ben je klaar met lossen, dan meld je dit aan de klant. Je overhandigt de pakbon en vraagt of er eventueel retouren zijn.
-
Zorg dat je de bedrijfstelefoon aan hebt staan. Check deze ook even als weer instapt om verder te rijden. Wellicht ben je net gebeld door kantoor. Terugbellen voorkomt mogelijk onnodige extra kilometers en irritatie.
-
Retouren handel je netjes af bij de klant. Het retour beleid van Bulthuis wordt voor aanvang van je werkzaamheden aan jou toegelicht. Als er onduidelijkheden zijn, bel dan direct met kantoor terwijl je nog bij de klant bent. Pas wanneer duidelijk is wat er dient te gebeuren vervolg je de route.
Zijn er zaken onduidelijk of heb je vragen omtrent bovenstaande, neem dan contact op met je leidinggevende.
7. Fysieke belasting
Zwaarder tillen dan 23 kg, voortdurend in gebogen of gedraaide houdingen werken, voortdurend in één houding werken, boven de macht werken en ver reiken zijn alle ongewenste situaties omdat ze het lichaam te zwaar belasten. Het kan voorkomen dat er zwaarder getild wordt dan 23kg (het plaatsen van onderdelen in kratten, het leeghalen van kratten met onderdelen van het remsysteem, verplaatsen van accu’s, het laden van onderdelen uit de auto). Regelmatig zwaar tillen en dragen leidt tot overbelasting van rugspieren en tussenwervelgewrichten. In een ideale situatie bedraagt het maximaal te tillen gewicht voor 1 persoon 23 kilo. Indien je een onderdeel moet tillen cq dragen die zwaarder weegt dan 23 kilogram dan wordt het volgende geadviseerd;
-
Gebruik een hulpmiddel als dat aanwezig is, ook al duurt dit wat langer dan met de hand tillen.
-
Is er geen hulpmiddel aanwezig, til zware lasten dan samen met een collega/klant.
-
Als je met de hand moet tillen:
-
Til niet teveel tegelijk. Het is verstandiger om een keer extra te lopen.
-
Til de last met twee handen in plaats van één.
-
Zorg ervoor dat beide voeten stevig op de vloer staan.
-
Voorkom dat de rug moet draaien tijdens het oppakken of neerzetten van de last, dus ga recht voor de last staan.
-
Voorkom dat de armen ver moeten reiken dus ga dicht bij de last staan en houd de last dicht tegen het lichaam.
-
Luister naar het eigen lichaam en forceer niets bij klachten.
-
Meldt knelpunten of klachten direct bij de leidinggevende.
-
Indien je bij de klant bent en er is geen mogelijkheid om verantwoord te lossen/laden neem dan contact op met je leidinggevende.
8. Verantwoordelijkheden
Alle personeelsleden, die werken met transportmiddelen zijn verantwoordelijk voor het handelen volgens deze procedure. Indien men niet in het bezit is van een heftruckcertificaat is het verboden om gebruik te maken van een heftruck of reachtruck.
Verantwoordelijkheid management van de vestiging:
-
Een duidelijke instructie naar de (nieuwe) gebruikers van transportmiddelen.
-
Het regelmatig toezien op naleving van de procedure.
-
Bijzonder toezicht uit te voeren bij onervaren chauffeurs.
-
Controleren van rijvaardigheidsbewijzen of trainingscertificaten voor vorken reachtruck van uitzendkrachten of nieuwe medewerkers. Dit moet plaatsvinden voordat er wordt gereden op een vork of reachtruck.
-
Bij overtreding van dit reglement, de werkzaamheden te stoppen totdat de overtreding is beëindigd.
-
Het opstellen van een rapport bij een ongeval of bijna ongeval, ongeacht of er sprake is van letsel.
-
Mee te denken in het verhogen van de veiligheid en het waar nodig aan laten passen van onveilige situaties. Niet alleen conform de letter van de wet, maar ook anticiperend op gevoelens van
onveiligheid bij medewerkers.
-
Het sanctioneren van chauffeurs conform bedrijfsreglement indien zij zich herhaaldelijk niet aan de regels houden.
-
Het bespreken van knelpunten in de dagelijkse uitvoering.
-
Het zorgen voor de randvoorwaarden waaraan moet worden voldaan om met deze procedure te kunnen werken.
Sancties